vrijdag 18 november 2011

Verder naar het Zuiden

De Intra Coastal Waterway

Onze terugtocht naar het zuiden via de ICW verloopt voorspoedig. Aan de Oostkust van de VS is van de Chesapeake Bay tot Miami een aaneenschakeling van rivieren, kreken, zeearmen en kanalen waarlangs je noord- of zuidwaarts kunt varen. Je hoeft dan dus niet tegen de heersende winden en Golfstroom in over de oceaan te varen. Er zijn veel bruggen, de meeste zo hoog dat je eronderdoor kan, andere gaan voor je open. Spoorbruggen staan open, gaan alleen dicht als er een trein komt: dan gaat er een sirene loeien en passeert er een goederentrein van minstens een kilometer lang. 
Een van de enorme Vliegdekschepen in de Marinebasis Norfolk

Aan het begin van de ICW ligt het plaatsje Norfolk, waar een marinebasis is. We voeren wel een paar mijl langs de boten die daar lagen, drijvende hekken eromheen.

 Daarna moesten we kiezen of we langs het “ Dismal Swamp Canal” gingen, of via een iets zuidelijker route. Het kanaal is het oudste van Amerika, het is met de hand gegraven en loopt over de grens van Virginia/North Carolina. 
's Ochtends vroeg toch nog wel dikke jassen weer.

Precies op de grens stond vroeger een hotel, het was een toevluchtsoord voor mensen die of in de ene, of in de andere staat gezocht werden. Ze liepen dan naar de andere kant van de taveerne, waar ze niet  gepakt konden worden. Het kanaal loopt door een moerasgebied. De beheerder vertelde ons nog, dat door de orkaan Irene er zoveel regen was gevallen, dat een ondergrondse veenbrand, die er al een paar maanden woedde, 






grotendeels was bedwongen, waardoor en zelfs een nieuw meer was ontstaan, daar waar de veenlagen waren verbrand. Het geeft een idee, hoe groot het allemaal is hier. Het kanaal was smal, maar verder gevaren kwamen we op enorme wijde ijsselmeer-en wadden-achtige gebieden.

Dagenlang varen we door dit soort moerasgebieden

Zonsopgang Alligator River, North Carolina
Cypressen met de typische dikke stamvoet

 Dagen en dagen hebben we langs kronkelende rivieren, wijde zeearmen, kreken, langs platen, schorren en enorme in het water staande ceders gevaren. 
Bruine pelikaan

Visarenden bij de vleet

’s Avonds lagen we dan voor anker op een beschut ankerplekje, uitgezocht via de onmisbare klapper van Skipper Bob, die tot in details beschrijft of er muggen of “ no-see-um’s “ zijn, of je er boodschappen kan doen, of het landschappelijk een mooie plek is, of je je hond er uit kan laten. Helemaal onmisbaar dus. Je moet je nl niet voorstellen dat er overal winkels zijn.  Vaak op kilometers afstand. Je moet dus veel voorraden aan boord hebben en soms een auto huren of lenen.





































Halloween, Charleston




























Geheel onthaast met " Rocky " een rondrit door Beaufort SC















Prachtige oude plaatsjes langs de route: Charleston, Beaufort SC (= South Carolina)
Cumberland Island met enorme eikenbossen, St Augustine, Fl (Florida)

















Statige 18e eeuwse huizen met Live Oaks in Beaufort SC



Prachtige Live Oaks (Quercus Virginiana) met Spaans Mos begroeid.


Helaas een financiele aderlating toen we een touw in de schroef kregen. Duiker Randy, een voormalige “Seal” met reddingshond “Miss Molly” werd op ons af gestuurd en verloste ons uit onze ellende. Miss Molly was alleen voor de gezelligheid mee, hoefde geen lijnen over te brengen. (Dat kon ze)


Maar beter een lijn in de schroef dan dit!


Op ’t ogenblik liggen we in het plaatsje Titusville, zijn met de auto voor een bezoek naar Cape Canaveral gegaan. Heel interessant en imponerend. Enorme raketten en space shuttle in het echt gezien. 


Een enorme Saturnus raket, waarmee de eerste maanvlucht is gemaakt.


Ook 3Dfilms van de Hubble telescoop en het ISS ruimtestation.
Daarna nog een dagje echt “AMERIKA” opgesnoven (popcorn) met een bezoek aan de filmstudio’s in Disneyworld. 


Kinderen staan in de rij, om met een of ander Disney beest op de foto te gaan.
Alvast mooie feestdagen en het allerbeste voor 2012 !


Morgen gaan we verder naar Miami, het is nu nog maar 200 mijl, dat is in een dag of 5 te doen.

woensdag 12 oktober 2011

Van New York naar het zuiden

Deltaville Boatyard, 2011-10-12

Het verblijf in Canada was erg leuk. We reden met de auto, een Toyota Prius ( een gedeeltelijk elektrische/benzine auto) via de Niagara Falls naar Blyth, waar neef Maarten met zijn vrouw Helena woont.
Na een kort verblijf in hun cottage aan het lake Huron bij Tobermory, waar we een stukje langs het Bruce Trail gelopen hebben, door BEREN-LAND, hebben we nog een paar dagen in Toronto doorgebracht, waar we het AGO hebben bezocht, the Art Gallery of Ontario. Ze hebben daar prachtige Inuit kunst, mooie beelden. Heel inspirerend. Het weerzien met de Canadese familie was ook erg leuk. Je herkent allerlei familietrekjes, en je deelt herinneringen en herkent oude foto’s.
Maar.
Jullie begrijpen het misschien al. Het is niet altijd feest en vakantie-vieren. De boot vereist ook onderhoud. Dat moest in de Chesapeake Bay gaan gebeuren, bij een Boatyard “Deltaville”. Hadden we gehoord. Van andere zeilers. Moest daar goed en goedkoop zijn. Na wat puzzelen het adres te pakken gekregen. De Chesapeake Bay is namelijk immens groot. Heel wijd. Ik had het me veel knusser voorgesteld. Met zwaaien naar veel andere, Nederlandse, boten. Nou, de beide oevers waren meestal niet te zien. Als je één andere zeilboot zag op een dag mocht je blij zijn.
Maar goed, we zijn er gekomen en hebben terwijl de zon scheen in 4  dagen het onderwaterschip afgekrabt, geschuurd en in 3 lagen onderwaterverf gezet. Zijn dus erg tevreden, liggen voor anker, en het plenst van de regen.
Tussen New York en hier hebben we  vrij rustig weer gehad. Meestal. Het was alsmaar motoren. Mistig ook, zodat  je pas laat in de ochtend kon vertrekken. Het stuk vanaf New York naar de Delaware Bay, daar hebben we een dag of 4 over gedaan. In de Delaware Bay enkele BALD EAGLES gezien. Dat zijn grote zwarte adelaars met een witte kop. Witte staartveren. Van “Witte Veder” , je weet wel. Langs kleine dorpjes gevaren. Boodschappen doen is dan moeilijk. Ze hebben er hoogstens 5 uien te koop. En melk. Dat is er overal. Geen yoghurt. Geen of nauwelijks fruit. Wel enorme schappen met chips en frisdrank… Vriendelijke mensen. Iedereen vraagt: can we help you. Marc zei het al: als we terug zijn in J’dorp zullen we de Duitsers daar ook steeds de weg wijzen en evt met de auto naar “Deen” brengen.
Vanuit Annapolis met de commuter bus, dat is een forensen bus naar Washington. De eerste bus vertrok ’s morgens om 5.15 u, de laatste om 7.15 u. Erg vroeg op dus. Maar alle highlights van W. gezien. Witte Huis, Capitool, monumenten. Lincoln op zijn stoel. Korea oorlogsmonument… Smithsonian Museum of Natural History met DINOSAURIERS. Je weet natuurlijk niet of het echte of nep botten zijn.
Bootje onder  de  Niagara watervallen

Met Maarten voor een stoomtrekker op de trekkerdagen in Blyth

In het BERENBOS

Gelukkig achter een hek

Avondrood over de Shark River

Amerikaanse Adelaar


Tyrannosaurus , of zoiets.

Met een veteraan van Pearl Harbour, bij het monument van Wereld Oorlog II

Monument Korea-oorlog

En nu dan hier. Nog een klein stukje varen naar Norfolk. Daar begint de Intra Coastal Waterway. De ICW. Geheel beschut kan je langs de Amerikaanse kust naar het zuiden varen. Een beetje achter landtongen en eilanden langs, zoals bij ons de Wadden, stel ik me voor. Maar ja, elke keer als ik me iets voorstel, is het toch weer anders. We zien wel.

zondag 11 september 2011

New York, september 2011

Begin augustus in Maine

New Rochelle, 2011-09-07,

Dit is een klein haventje vlak bij New York, waar we de orkaan “ Irene “ goed hebben doorstaan. Windkracht viel uiteindelijk mee, vooral de stuwing van het water in de Long Island Sound zorgde voor problemen. We waren bang dat de steigers van de palen zouden afdrijven, als het water te hoog kwam. Gelukkig is dat allemaal niet gebeurd. We hebben het grootste deel van de nacht geslapen, en de volgende dag, tegen 11.00u am was het oog van de orkaan ( iets westelijk van ons) gepasseerd: de zon brak even door, waarna het vanuit de tegenovergestelde richting ging waaien. Hierna zakte het water snel, en kon iedereen opgelucht ademhalen.
Het heeft tot veel verbroedering in de haven geleid: er is een Hurricane party gehouden, van te voren, Frans en Truus zijn gaan slapen in het huis van buurman Peter, die zich erg bezorgd over ons maakte. Gelukkig is het huis ook blijven staan.
Daarna nog een weekje in New York, dagelijks erheen met bus en metro. New York is geweldig leuk, prachtige stad. We zijn op eigen kiel langs het Vrijheidsbeeld gevaren, en hebben 3 nachten doorgebracht in een haventje aan de voet van de nieuwe Liberty Tower, die aan het verrijzen is op de plek van Ground Zero.
Voor de komst van Frans en Truus logeerden Marc, Wies en Brechtje bijna 3 weken bij ons aan boord. Brechtje werd 2 jaar in die periode. Ze praat al heel goed, wilde steeds in de bijboot met opa mee naar de kant, om stenen te gooien in het water, met haar rode laarsjes aan. 
In Maine opnieuw veel kreeft. Ook met een WHALE BOAT mee, ( Marc en Wies, maar geen enkele walvis gezien) Gelukkig op een van de laatste dagen dook er zomaar vlak voor onze eigen boot een walvis op.
Bij de Stellwagen Bank, vlakbij Cape Cod hebben we met F en T een grote groep walvissen gezien, een hele tijd: ze fourageren daar. Geweldig leuk. Niet eng, ze waren rustig aan het rondzwemmen.
De zomer is dus omgevlogen, het weer was hier meestal prachtig, beter dan in Nederland. Behalve dan de Hurricane en af en toe een regendag hebben we prima weer gehad. Zee is wel erg koud om in te zwemmen. Vergeleken bij Bermuda.
Komende week gaan we voor familie-bezoek naar Canada, met de auto, langs de Niagara Falls. Het lijkt me leuk om ook iets van het binnenland te zien.
Brechtje zoekt stenen om in het water te gooien
Eenzame eilandjes

Met het kleine bootje naar het strand om te picknicken
Opa en oma passen op Brechtje tot Marc en Wies terugkomen van de Whale Boat

Hoe koud het ook is, Brechtje wil zwemmen in de zee, en er niet uit.


Boston bij avond


Staart van een bultrug walvis

Picasso in het Metropolitan Museum in New York



Op Times Square, we dachten dat het een plein was, maar het is een straat. Links onder Frans en Truus.



Op 200 meter van Ground Zero
Geheel verlicht de nieuw in aanbouw zijnde FREEDOM TOWER, moet nog 2x zo hoog worden, hoger dan de oorspronkelijke twin towers

vrijdag 22 juli 2011

Van Newport VS via Nova Scotia, Canada naar Maine, VS


Portugees oorlogsschip, gevaarlijk!?

2011-07-21, Maine, USA

Het is al enige tijd geleden sinds de laatste berichtgevingen van de Abel. Het is nu zomer in Het Vaderland, en wij lezen bij tijd en wijlen iets over Nederland in de New York Times: oa een grote advertentie om niet naar Nederland te gaan, omdat daar de gehele kunstsector wordt afgebroken door de Overheid. Hier gaat er trouwens veel met particuliere gelden natuurlijk. We hebben veel Amerikanen ontmoet, enkele wat langer gesproken. Ze zijn heel enthousiast over onze aluminium boot, vinden ze heel mooi, hebben ze hier niet. Ze vragen steeds; How are you, maar willen denk ik niet echt het antwoord daarop weten. Het is meer gewoonte. Iedereen doet dat; waar wij nog vaag hallo zeggen, komt er steeds “how are you” achteraan.


Nog meer hout voor scheepsbouw en restauratie

Hout,hout,hout, Mystic Seaport
Vet in de schroef en een nieuwe anode

De Portugese Fanfare

Een erg stoere politieagente

De bisschop komt de vissersvloot zegenen.

1 Juli , Canadadag in Lockeport, Nova Scotia.

Geertje met een echte Mounty, let op de gepoetste laarzen!

Tweedehands boeken in Halifax, een puinhoop!

Bezoek aan de Bluenose, met veiligheidshelm en bril.
Zo is hij nu en zo moet hij weer worden.
We eten culinair.
Een bezoek aan de Wooden Boat school.
Een van de duizenden lobsterboten.
Frenchboro
Van deze Amerikanen hebben wij kreeft leren eten.
Monhegan Island, een soort Vlieland.


 .

Nadat we in Newport wat bijgekomen waren van de oversteek vanaf Bermuda, die rough en tough geweest was, hebben we een soort openluchtmuseum op zee-gebied bezocht: “Mystic Seaport” geheten. Oude schepen waren daar te zien en ook al de oude ambachten die daar vroeger mee van doen hadden: smidse, kuiper, touwslagerij…

Daarna door het Cape Cod kanaal naar Provence town. Een dorp waar veel gay-persons wonen, kunnen ze zichzelf zijn, want dat kan niet overal, hier in de VS, zo hoorden we van diverse kanten. (Dan vroeg men natuurlijk gelijk, hoe dat bij ons in Nederland was.) Ook woont daar een hele Portugese vissersgemeenschap, die tientallen jaren geleden hiernaartoe zijn geïmmigreerd, vanwege de kabeljauwvangst. Overigens neemt de kabeljauw –stand hier weer iets toe, na een dieptepunt in de jaren 90. Juist toen wij er waren, was er een Portugese week. Zou er een parade zijn. Ik nog denken een Gay-parade, maar nee, het was een folkloristische optocht van Portugezen.

In Province town hebben we de boot op het strand gezet, wat veel bekijks trok: toen de boot helemaal droog viel, bij laagwater, heeft Casper de schroefas van een speciaal vet voorzien en een nieuwe anode op de schroef geplaatst. Bij hoogwater kwamen we weer keurig los.

Ondanks waarschuwingen van locals, dat het erg koud zou zijn in Nova Scotia, zijn we toch gewoon die kant op gegaan. Dit stuk zou 2,5 dag gaan duren. Zachte wind, zonnetje erbij, wel trui aan, maar goede voortgang: heerlijk lezen dus, en af en toe in de verte een walvis. Geweldig. De dag erop was het minder geweldig, want we kregen dichte mist, die ook niet meer wegging. Nauwelijks wind. Op de motor dus. Met behulp van radar en kaartplotter zijn we de baai van het plaatsje Shelburne binnengevaren. Je zag geen hand voor ogen. Het was intussen 2 uur ’s nachts. Op de een of andere manier is het altijd nacht, als wij ergens aankomen. Hoe dan ook, allemaal goed gegaan. Heel vaag uiteindelijk een paar lichtjes op de kant. Anker uit en pitten maar. Volgende dag om 10 uur trok hij op, de mist. Wij naar de kant. Customs van Canada kwamen aan boord. Wat ziet zo’n uniform er bij een vrouwelijke agent toch onflatteus uit. Vreselijk. Hoe dan ook erg aardige beambten, ook de mensen in de yachtclub van Shelburne, heel aardig: Mochten de auto lenen van de havenmeesteres. De dag erop was het CANADA DAY, zou alles dicht zijn. Groot feest in naburig dorp. Wij erheen met de geleende auto. Ik op de foto met echte Mounty. Festiviteiten voor de kids.

In Shelburne zijn we 9 dagen voor anker blijven liggen, tegenover de yachtclub. 2 dagen een auto gehuurd. Naar Halifax met de auto, naar Lunenburg met de auto. In Halifax naar museum en steiger 21, waar de immigranten uit Europa aankwamen. Heb geprobeerd de familie op te sporen. Hoorde later echter, dat ze daar helemaal niet aangekomen zijn, maar Westelijker, op de Lawrence River In Quebec. Maar goed, wij vonden Halifax gewoon een grote stad. Niet zo heel veel aan. Vonden nog een boekwinkel, zijn we even ingegaan ( altijd even boeken kijken, ) maar dit antikwariaat was een dermate troeperige zooi, dat we er uit gevlucht zijn. Ik hoor mezelf nog vragen aan een juffrouw die ik tegen kwam: I lost my husband in your shop. Zij verwees me naar boven, waar Casper inderdaad was.

Lunenburg: veel kleiner, overzichtelijker en mooier: de Bluenose II, een beroemd oud schip wordt er voor veel geld gerestaureerd; Ziet er op papier erg mooi uit allemaal.

Daarna verlaten we Nova Scotia weer en zeilen naar Maine. Hier zwerven we nu rond. Liggen geankerd of aan een Mooring bij verschillende eilandjes. Eten kreeft: leren van Amerikanen hoe dat moet. Zeilen en motoren tussen ontelbare zgn Lobsterpotten. Als je niet oppast krijg je de lijnen van die boeitjes in je schroef. Is dus gebeurd: de schipper te water ( 10’C) in duikpak weliswaar, maar toch… Flink snijden en hakken onder water en los waren we weer. Allemaal goed afgelopen. Had erger gekund, bv afdrijven op een rotspartijtje… Volgende week komen Wies en Marc en Brechtje. 3 weken. We hebben er veel zin in.