woensdag 18 augustus 2010








2010-08-17, Figueira da Foz, Pportugal.
Vervolg: onze reis verloopt voorspoedig. Mooi weer, dikwijls ’s middags harde wind, 4-6, maar uit de goede richting. De Spaanse Ria’s waren mooi, reusachtige inhammen in een rotsachtige kust. Tegen de heuvels kleine dorpjes, wit en rood, wat bij dichterbijkomen gewoon flatgebouwen blijken te zijn. Hier en daar een dorpje geheel in oude sferen, zoals bij ons Marken en Volendam, waarschijnlijk tot stand gekomen met Europees geld. Havens, maar ook mooie ankerplekjes, een heel nieuw zeilgebied. Heel mooi gelegen bij 2 eilanden: Islas Cies, waar Casper geniet van ochtendthee. Dan naar Bayona, waar volgens ons boek ook een REPLICA VAN DE PINTA, het schip van Columbus moet liggen. En jawel hoor, we vonden het, hokje op de kade met daarin juffrouw waar je kaartjes kon kopen (2 euri’s) . Haar heb ik nog gevraagd wat de maten waren van het schip: 26m lang en 7m breed. Dat is klein hoor, niet t e geloven. Overigens werd de Pinta weinig gepromoot, geen koelkastmagneetje of bouwplaat te koop. Nee dat doen de Engelsen wel anders met hun zee-helden, dat wordt daar breed uitgemeten, tot en met een koperen plaatje op het dek waar Nelson stond toen hij werd neergeschoten. Wat dat betreft zou er in Nederland nog veel geld verdiend kunnen worden met het opkloppen van de prestaties van Tromp en De Ruyter, met een schip ( De Zeven Provincien bijvorbeeld) een koektrommeltje erbij met een zeeslag van Van de Velde, zoiets. Dat moet beslist eens opgepakt worden.
Na deze bespiegelingen waarbij ik jullie een afbeelding van Columbus himself niet onthoud, met een kistje goud uit de Nieuwe Wereld zeilden wij verder naar het zuiden, naar Viana do Castelo, in Portugal. De bosbranden waren hier actief en de smog hing dik over de heuvels. Het zag er zorgelijk uit. Toch was het daar niet het gesprek van de dag, voor zover wij dat konden verstaan, en wij verstonden natuurlijk niets, want de taal is kwa horen weer heel anders dan Frans of Spaans.
Een leuk land, vinden we, wel weer meer rommelig en” derde wereld” dan we tot dan toe hadden meegemaakt. Voor wat betreft koffie op een terras, en ook warme lunch: heel goedkoop en lekker.
De daaropvolgende stop was een lagune in de verzande kustplaats Aveiro. Een duinenkust zoals bij ons, met daarachter een sompig gebied, waar zout wordt gewonnen en mooie bootjes liggen, lijkend op de gondels in Venetië.
In Figueiro da Foz, weer een jachthaven. Deze havens aan de Atlantische kust zijn de mondingen van rivieren, en hebben alle een soort BAR in de havenmond, een ondiepte, die steeds verschuift, en waar vele horror-verhalen over staan in de boeken. Monstergolven en zo. Gelukkig viel het mee, wij hadden een kalme zee.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten